Donderdag 22 juli 2010 - Reisverslag uit Gunjur, Gambia van Tineke Kalis - WaarBenJij.nu Donderdag 22 juli 2010 - Reisverslag uit Gunjur, Gambia van Tineke Kalis - WaarBenJij.nu

Donderdag 22 juli 2010

Door: Tien

Blijf op de hoogte en volg Tineke

22 Juli 2010 | Gambia, Gunjur

Matou’s compound- Gunjur

De rust van afgelopen woensdag was al gauw over. “Kong kong” klinkt het ’s avonds bij de voordeur. Mama staat door het gordijn olijk naar binnen te gluren.”Ik had toch gezegd dat ik zou komen?!” Oei! Het is gedaan met de rust. “You promised to help me with the Tie&Dye towels!”
Vaag herinner ik me iets. Ik had haar beloofd te helpen met de te verven handdoeken en t-shirts. Ze is niet zo goed met het optekenen van de dessins en heeft besloten dat ik dat maar moet doen. Dan gaat zij de lijnen inrijgen met stevig garen, touwtjes aantrekken en dan de boel in een verfbad stoppen. Het geeft prachtige dessins.

Mama zit op een klein krukje een handdoek in te rijgen. Als ze de draden aantrekt is er niet veel meer over dan een ondefinieerbare prop badstof. Ze wil alles voor het weekend ingeregen hebben zodat ze zondag kan gaan verven. Nog maar een week te gaan hier. Bedoeling is dat ik de handdoeken en shirts meeneem naar Nederland. Net als de lappen vorige keer. Die waren alleen moeilijk verkoopbaar omdat niemand weet wat ermee te doen. Verder dan een tafellaken en beddensprei kwam het niet.

We zitten gezellig op de veranda van Matou’s huisje. Mijn moeders keukenradiootje galmt flamencomuziek. Heel apart in deze omgeving. Ik had hem verstuurd in de container met alle cassettebandjes die ik nog had. Wat moet ik daar in godsnaam mee hier? Bach, Mozart, Grieg. “Mooi!” roept Oumie tot mijn grote verbazing. Ze hebben hier geen idee van klassieke muziek uit Europa. Nog nooit gehoord ook. Ik wissel de cassette. Sevillana's uit een vervlogen tijdperk toen ik in Spanje de sterren van de hemel danste op de Feria in Sevilla. Ik doe een dansje voor. Jainaba is er inmiddels ook bijgekomen en klapt meteen de Spaanse muziek mee. De werksfeer zit er meteen goed in. Op het smalle muurtje strijk ik de handdoeken glad en meet netjes de strepen uit die Mama straks gaat inrijgen.
“Give!” gebaart Jainaba me, en ze friemelt het krijtje uit mijn vingers. “I want” en met het puntje van haar tong tussen haar lippen tekent ze tot mijn grote verbazing keurige dunne lijntjes op de badstof. Ik zei het al eerder, alsof ik met mezelf van doen heb op 17 jarige leeftijd. Druk, lawaaierig en stout aan één kant, precies en geconcentreerd aan de andere. Ze is door haar moeder jaren geleden – ze was geloof ik nog een kind - weggestuurd. Weg! Ik wil je niet meer! En is vervolgens door Matou’s stiefmoeder verzorgd. Die is alweer een tijdje overleden en daarmee is ze min of meer onder de hoede van Matou gekomen. Hoewel ook dat niet echt duidelijk is, want ze woon bij Oumi, de 25-jarige schoonzus van Matou. Buurman Adama (uit Mali) zorgt ook voor haar. Kortom, een zooitje. Als ik er ben zorg ik ook voor haar. Een knuffel op zijn tijd, op haar donder geven als ze weer eens geen water gehaald heeft en van knalrose Ibuprofenpillen voorzien als ze ongesteld is. Ze zit op de Arabische school en is te pas en te onpas thuis. Dan gaat ze ’s ochtends vroeg naar de markt en kookt bij terugkomst voor de compound de rijst met een sausje. Boodschappen doen lijkt ze een feest te vinden. Zelf heeft ze geen geld, dus als ik haar stuur is het raak. Ze herhaalt wat ik wil hebben en telt dat met haar vingers op. Soms is ze pas uren later terug, geen idee wat ze dan gedaan heeft. Haar Engels is ronduit slecht en dat geeft regelmatig veel miscommunicatie. Adama helpt haar regelmatig met lesjes Arabisch en zingt de gebeden voor. Volgens mij heeft ze meer aan Engelse les..
Voor de T-shirts verzin ik cirkels en zigzags. De mouwtjes, de halzen, de onderkanten, alles wordt versierd. Alles wat ingeregen is blijft wit, de rest krijgt een kleur. Jainaba staat te popelen om het van me over te nemen als ik een voorbeeld aan het tekenen ben. Ondertussen heeft ze haar eigen muziek opgezet: Jalibah, de kora speler. Ze draait het net zo lang tot de batterijen van de radio leeg zijn. “Finished!” roept ze geschrokken en vestigt haar blik op mijn geldbuideltje. Ja het is goed, ga maar batterijen kopen.

Een hoop kabaal, buurvrouw Fatou struint met kwaaie passen, beladen met emmers over de compound naar de put. Ik vrolijk haar zichtbaar op door lachend “Saama saama Fatou!” te roepen. Goeiemorgen! “Africa! Africa! “ roept ze met een boos gezicht. Op haar t-shirt staat met grote letters USA geschreven.

Dan staat Harouna van tien voor mijn neus. “Tineke, I come for dress” Versta ik dit nou goed? Voor een jurk? Mama legt me uit dat dat betekent dat ze voor verband komen. De jongen naast hem houdt zijn vinger omhoog. Het ziet er naar uit. De nagel lijkt geplet maar een echt beeld krijg je niet zo met die modder en dat opgedroogde bloed. Oud recept maar weer: eerst weken en dan schoonmaken. Uiteindelijk blijkt het mee te vallen. Pleister eroverheen en klaar. De pijn lijkt meer met een kneuzing te maken te hebben.
Twee minuten later is Harouna alweer terug met de volgende patient. Er staat een klein meisje voor me. Haar beentjes zitten onder de open wonden. Kleine wondjes die flink zijn gaan ontsteken. Harouna is een zorgzaam jongetje. Gisteren bracht hij een meisje met een enorme ontstoken bult op haar elleboog. Met wondwaswater dat ik nog heb uit de tijd van mijn eigen brandwond, probeer ik het schoon te maken. Ik ben geen verpleegster, laat staan dokter. Maar ik heb gezond verstand en een beetje bethadine. Met een make-up watje gedrenkt in het watertje laat ik de bult een beetje weken. Na enige minuten probeer ik hem open te knijpen. Ondertussen kijk ik naar het gezichtje van het meisje, wachtend op een pijnkreet. Ze vertrekt geen spier. Ik vraag of het pijn doet. Ze knikt ja. Een heus steriel gaasje met bethadine erop en een verbandje eromheen. Trots loopt ze weg met het spierwitte verband om haar bruine armpje.

En nu dan dit meisje. Haar bemodderde beentjes spoel ik af met het zojuist door Mama gezeefde drinkwater. Als Mariatou dit zou zien zou ze me direct tot de orde roepen. Drinkwater gebruiken om een been te wassen..! Dat doe je niet. Ik wel. Met de waaier probeer ik haar been te drogen, anders blijft er geen pleister zitten. De wonden smeer ik in met bethadine. Pleisters er overheen en dat moet het maar wezen. Misschien een ballon geven als troost?
De kids aan de overkant ruiken het. In no time sta ik een tiental ballonnen op te blazen en van touwtjes te voorzien. Ibrahim van nauwelijks twee heeft de ballon met een lus om zijn handje. Met zijn kleine beentjes in veel te grote broek voetbalt hij er op los. Pats! Daar is de ballon niet tegen bestand. Blazen maar weer. "The last Ibrahim! waarschuw ik hem. “The last! Last!” herhaalt Harouna en wijst op de ballon. Het kan Ibrahim weinig schelen. Hij trapt tegen de ballon die het deze keer zowaar uithoudt.
“Natalo!” roepen ze in koor. Goed idee, even een foto maken en dan proberen dit verhaal af te schrijven.
Mama drinkt haar thee en rijgt in stilte de dessins die ik op de tshirts getekend heb. Ik drink nescafe. Heerlijk, heel eventjes rust.

Maar Mama weet me altijd goed aan het werk te houden. “You promised to look at the sewingmachines from Tineke1” Het is allemaal waar. Er staan drie handnaaimachines in de shop van Happy op inspectie van mij te wachten. Als ze goed zijn kunnen ze verkocht. Ik heb maar één fiets en dus lopen we naar Happy’s compound. Het is er een gezellige boel. Tineke1 doet allerlei klusjes in de winkel en de mannen hangen rond of drinken Attaya. De winkel wordt door Pa voorzien van ijzeren balken en ogen om sloten in te hangen. Vannacht heeft men geprobeerd in te breken. Happy zag nog net vier jongens wegrennen toen hij op het geluid af kwam.
Het is te laat om alle drie machines te doen. Op eentje maak ik een wikkelrok voor Matou. Hij doet het goed en kan worden verkocht. Nog net voor donker lopen Mama en ik terug naar Matou’s compound. De lucht is zwaar en de eerste dikke druppels vallen uit de hemel. Bij een winkeltje schuilen we. “Mama, what do we eat tonight?” Geen idee, zal wel brood worden. Met ei en mayo. Zoals altijd. Krijg daar goed genoeg van. We schaffen het aan in het inmiddels stikdonkere hokje van de Mauretanier. Met een modern camping ledlampje zoekt de man onze boodschapjes bij elkaar. Melkpoeder, zakjes nescafe, thee, eieren, brood en zakjes water. Dat moet het maar wezen hoor.
De dag is om. We steken de kaars aan en ontbranden een spiraal tegen mosquitos. Pfht! Soms voelt het of ik geleefd word..



Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Tineke

..altijd onderweg..

Actief sinds 11 Okt. 2009
Verslag gelezen: 331
Totaal aantal bezoekers 355130

Voorgaande reizen:

04 Januari 2012 - 08 April 2013

Gambia winter 2013

23 Juli 2012 - 23 Augustus 2012

reis door schrijversland

14 November 2011 - 18 Februari 2012

Winter 2011/2012 Gambia

08 Juli 2011 - 29 Juli 2011

juli 2011 Naar de regen in Gambia

01 Oktober 2010 - 28 Januari 2011

2010/2011 Op herhaling in Gambia

02 Juli 2010 - 01 Augustus 2010

july 2010 The Gambia

30 Oktober 2009 - 09 April 2010

2009/2010 Juf in Gambia

Landen bezocht: